mijn moraal is de enige moraal

Moraal en de criticus

In discussies over kunst gaat het tegenwoordig ook vaak over moraal. Bijvoorbeeld of er genoeg diversiteit te zien is. Of de getoonde kunst stereotypen bestrijdt of deze juist bekrachtigt. Wat de maatschappelijke waarde is. Of er #MeToo’s hebben plaatsgevonden en of de kunstenaar wel genoeg stelling neemt inzake racisme en seksisme.

Dat is allemaal erg relevant, want ook de kunstwereld heeft last van blinde vlekken, die het oordeel vertroebelen. Het meest duidelijke voorbeeld is de literatuur, waar vrouwen aantoonbaar anders beoordeeld worden dan mannen. Vrouwen die schrijven onder een mannelijk pseudoniem, moeten dat dus doen om beoordeeld te worden als serieuze romanschrijver in plaats van.. moeder met een pen? Er lijkt nog een lange weg te gaan voor ons recensenten om van die blinke vlekken af te komen.

It’s not fair

Wie zich net bewust wordt dat de wereld oneerlijk verdeeld is – dat je als je geboren wordt als lesbische vrouw van kleur in een andere wereld terecht komt dan wanneer je hetero, blond en mét kinderopvangtoeslag door het leven kan gaan – kijkt verontwaardigd om zich heen en wil het het liefst van de daken schreeuwen. Ze noemen zich ontwaakt, want zo voelt dat: waarom ziet niemand dit? Het grootste complot dat er is, en we stappen allemaal klakkeloos in elkaars voetstappen en blijven het zelfs verdedigen! Vandaar de Twitter-stormen; het bewustzijn van mensen groeit zodanig dat ze ineens overal al het onrecht zien. In elke opmerking, afbeelding, video, dansroutine en grap.

Ook recensenten worden niet geboren met dit bewustzijn, maar moeten dat ontwikkelen. Ja, móeten, niet optioneel. Dat van die literatuurkritiek is echt niet de bedoeling. Je moet je als recensent bewust worden van je blinde vlekken, hoe verwarrend dat ook is. Althans, dat vind ik, en dat vindt ook de Theaterkrant Magazine, waar afgelopen maand een Need for Legacy editie verscheen.

Moraal in je recensie

Een andere discussie is wat mij betreft of jouw proces van bewustwording een rol moet spelen in je recensies. Dat we er nu vaak over beginnen, ligt natuurlijk aan de tijd waarin we leven. Mogelijk proberen recensenten het Nederlandse publiek naar moralistische voorstellingen te sturen, in de hoop de steeds groter wordende polarisatie af te remmen.

De geheven vinger naar het kunstwerk is een goedbedoelde poging om je bewustzijn door te geven, maar helaas werkt het vaak averechts. Voor wie geen flauw benul heeft van die onrechtmatige verdeling, klinkt het namelijk allemaal nogal aanvallend. Het gunstigste scenario is dat iemand op aanraden van een recensent naar een voorstelling gaat, denkt “weer dat gezeik over #metoo” en nog wat steviger aan zijn vrienden benadrukt hoe weinig je nog mag tegenwoordig. De andere volgorde kan ook: iemand die dolenthousiast thuis komt van een hilarisch cabaretprogramma om vervolgens de negatieve recensie te lezen in de NRC dat “de grapjes over vrouwen echt te ver gaan in het post-#metoo tijdperk”. Meer polarisatie is het gevolg, het doel weer verder uit je bereik.

Of je de moraal moet bespreken, ligt daarom in eerste instantie aan de ambities van de kunstenaar. Is die bezig met bewustwording? Ga los. Is de moraal vaag? Stel vragen. Maar ik heb mezelf afgeleerd om al te veel woorden te besteden aan het signaleren van problemen als de kunstenaar zich van geen kwaad bewust is. Het goed uitleggen kost te veel woorden – en schiet zoals gezegd het doel meestal voorbij. Gooi er een ‘weinig verfrissend’ of ‘gezapig’ in en je hebt je punt ook gemaakt. Al zal niet elke collega het daar mee eens zijn.

Geef een reactie